donderdag 3 mei 2012

De andere kant.

Mijn huisgenoten kijken mij verbijsterd aan. Zoveel verbaal geweld hebben zij nog niet eerder in de keuken gezien.
Luid tierend, de geslachtsdelen en enge ziektes vliegen in het rond, snijd ik de laatste uienring in stukjes.
'Grof gesneden' stond er in het recept.

Soms is de wereld maar net vanaf welke kant je er naar kijkt.


- Gepost met mijn typmachine

vrijdag 5 november 2010

Ik en de genânte kassa-vertoning

De man voor mij in de rij bij de kassa had een dochter. Hier was hij ontzettend trots op, want hij vertelde het aan iedereen waar hij toevallig zijn oog op liet vallen.
Vaders die trots zijn op hun baby zijn, over het algemeen, schattig. Vaders die trots zijn op hun oudere dochter dansen op de scheidingslijn tussen ontroerend en vies. Vaders die trots zijn op hun dochter en dit uiten wanneer de dochter er naast staat, zijn schaamteloos en hard op weg het kleine beetje respect dat hun dochter nog voor ze had om zeep te helpen.
Twee meter bij deze man vandaan stond een jonge vrouw van een jaar of zestien schaamtevol door de grond te zakken.
Toch ging vader nog even door en zei tegen de jongen achter de kassa: “Dat is nou mijn dochter! Had je niet gedacht hé?” Alsof de jongen achter de kassa al jaren lang op zaterdagmiddag een kopje koffie kwam halen en vaderlief zijn dochter vakkundig al die jaren verborgen had weten te houden.
De jongen achter de kassa lachte schaapachtig en leek te denken dat hij door zijn vrienden was opgegeven voor een datingprogramma met een verborgen camera.
Ik stond inmiddels ook al om mij heen te kijken wanneer er iemand knalhard ‘surprise’ zou gillen. De man had namelijk besloten dat niet de jongen achter de kassa, maar degene achter hem de beste gesprekspartner zou zijn. Ik dus.
“Ja, ja, dat zo’n lelijkerd als ik nog zo’n mooie dochter kon hebben. Had je niet gedacht hé?”
De man had zelfinzicht, alleen konden zijn brilglazen wel een andere sterkte gebruiken. Zowel hijzelf als zijn dochter liepen erbij alsof ze zojuist door de storm onder een voorbijrazende trein waren geblazen en daarna het hele stuk richting de supermarkt hangend aan de vrachtwagen stuiterend met hun gezicht op het asfalt hadden afgelegd. Daarbij was mij inmiddels ook wel duidelijk dat het intelligentieniveau ook niet helemaal op het gemiddelde zat.
Ik weet dat dit soort mensen bij anderen vaak afschuw opwekken of op hun lachspieren werken en daarom gemeden worden. Ik vermijd ze liever om een andere reden: medelijden. Ik sta mij altijd in te beelden hoe hun huiskamer er uit moet zien. Smoezelig met overal lege halve liter blikjes van het huismerk, waarvan er nu ook weer tien in een plastic tas verdwenen. Hondenharen tot achter het behang die geproduceerd worden door een hond met lang haar die altijd stinkt. Meubels waar je met alle liefde van de wereld de oorspronkelijke kleur en staat niet meer in terug kunt vinden.
Een moeder die laveloos op de bank ligt en een dochter die afgeblaft wordt waarom zij niet genoeg halve liters heeft gehaald. En vader? Die is nooit thuis. En als hij er wel is schuift hij moeder wat opzij, gaat naast haar zitten en blaft mee tegen dochterlief, moeder of de TV.
Dat, of in de vieze omgeving heerst constant een ongemakkelijke stilte van mensen die al jaren niets meer te zeggen hebben.
Alles bij elkaar lijkt niet alleen hun kamer maar ook hun hele leven zich achter een bruine waas af te spelen.
Dat had ik mij inmiddels al allemaal staan te bedenken terwijl de man zijn biertjes afrekende, dochterlief de chips in een plastic tas deed en daarna ongeïnteresseerd naar de blikjes van haar vader keek die de band afrolden en tegen de zijkant tot stilstand kwamen.
Het leek haar nog weinig te interesseren dat haar vader en plein public een soort datingshow om haar heen bouwde en inmiddels ook de mensen in de rij naast ons met een vreemde blik naar de man en zijn dochter stonden te staren.
Ik mompelde nog tegen vader: “Ja, daar mag je trots op zijn.”
Hij draaide zich om en zei: “Ik weet wat de mensen denken.”

donderdag 2 september 2010

i-K en het samenwonen... Nieuw dieet

Ik had het besluit genomen, al een paar dagen eerder, thuis. In de vertrouwde omgeving van de woonkamer. En toen had het best een ok-plan geleken.

En tien minuten daarvoor, toen ik de Appie inliep, had ik gedacht: “Laat ik het dan nu maar doen. Ik eet alleen, dus Vriend heeft er geen last van.”
En nu stond ik daar. Al tien minuten. Met een leeg mandje. Starend naar de wand met vleeswaren!
Aangezien ik al zestien jaar vegetarisch ben (afgezien van een paar dronken reepjes shoarma die ik van mijn beste vriendjes pikte na het stappen. Ik zal het hier dan maar toegeven mannen: ‘dat deed ik om jullie te pesten!’ gnagna!), heb ik eigenlijk nog nooit voor mijzelf vlees klaargemaakt. Ik wist eerlijk gezegd in eerste instantie de vleeswaren niet eens te vinden!
Maar vanwege lichamelijke redenen had ik besloten dat ik mijn grote teen uit het land van de vega’s ging steken. Niet te ver natuurlijk. Ik had besloten het eens te proberen en dan uiteraard alleen met biologisch vlees. Volgens de boeken zou vooral rundvlees mij goed doen. Tot zover mijn voorbereiding met betrekking tot mijn vleesetarische uitstapje.
Staand voor de schappen raakte ik het spoor echter helemaal bijster.

zaterdag 21 augustus 2010

i-K en het Samenwonen: Sportschoen en de Buurman

“Hey Adidas, bel bij mij aan! Zo… Bel bij mij aan!”

Mijn interesse was gewekt.
Allereerst ben ik blijkbaar in het bezit van een buurman vernoemd naar een sportschoenen merk en ten tweede heeft deze buurman ook een buurman die hem er op attendeert dat hij aan moet bellen als hij binnen wil komen.
Ik morrelde nog even wat langer aan mijn fietsslot om deze conversatie af te luisteren.
Jammer genoeg was de strekking van het gesprek blijkbaar voor beide partijen duidelijk, want na een keer of dertig de zin: “Bel bij mij aan zo!” door steeds dezelfde buurman, soms aangemoedigd door de sportschoen die “uhu””Ja!” of het ronduit onbeleefde: “Hm” zei, was het gesprek over. Wellicht was de afstand tussen de twee mannen simpelweg te groot geworden om het gesprek nog van diepgang te voorzien. Want al voordat er van een gesprek sprake was hadden zij beide besloten een andere kant van de straat uit te lopen.

zaterdag 14 augustus 2010

i-K en het Samenwonen: Servies

Wij hadden geen samenwoon-waardig servies. Lief’s borden zijn al dertig jaar oud (vermoed ik) en die van mij zijn gemaakt van onbreekbaar plastic, de samenhang is ver te zoeken.

Dus moest een nieuw servies worden aangeschaft.
Nu heeft Lief een vervelende eigenschap waar het huisraad betreft, dat wat hij mooi vindt valt altijd buiten het besteedbare budget. Voor zijn verjaardag heb ik al eens gezocht naar door hem geliefde borden, deze bleken dertig euro per stuk te zijn. Wij houden er van om anderen te eten te vragen, dus acht borden in deze prijsklasse werd toch iets al te gortig.
Gelukkig kwam Lief deze week iets tegen dat zijn hele gezicht deed glimmen. “An, kom kijken, dit wil ik hebben! Wat vind jij?”
Ik moest even drie keer knipperen en vijf keer diep ademhalen toen ik het betreffende servies zag.

vrijdag 23 juli 2010

i-K en het Samenwonen: Besparen

Lief heeft zijn leven ingericht op groen, biologisch en bewust. Ik ook, dacht ik. Ik ben echter nog al vergeetachtig, dus hebben wij ruzie.
Ik ging namelijk naar mijn werk en vergat de kachel lager te zetten. Lief was hier niet van gecharmeerd en wil mij dit dan duidelijk maken door mij vermanend toe te spreken. Ik ben daar niet van gediend, ik ben geen drie! Maar, ik moest toegeven dat ik voortaan beter op zou kunnen letten.
Nu heeft het huis ook af en toe frisse lucht nodig, dus soms zet ik de ramen op een kiertje als ik weg ga. Omdat ik weet dat de verwarming als ik hem aan zet dan staat te branden als een malle had ik deze dus op de nacht-stand (15 graden) gezet en was weg gegaan. In de veronderstelling dat Lief het vast prettig zou vinden om in een fris huis thuis te komen.
Lief’s gezicht stond bij thuiskomst echter op onweer.

zondag 11 juli 2010

i-K en het Samenwonen: Verhuizen!

Mijn fietsmand en ik waren al maanden dikke vrienden. Hij voorzag mij in genoeg ruimte op mijn enige vervoersmiddel om mijn dagen te vullen volgens mijn te drukke heen-en-weer-schema. Pendelen tussen huis, werk, huis van lief, etentje bij vrienden en het café, overal waar ik ging, ging hij ook.
Vandaag zijn fietsmand en ik gescheiden. Niet voor altijd, want soms zal hij mij nog wel van dienst zijn, maar dagelijks zal ik hem niet meer hoeven gebruiken.
Lief kwam namelijk met het voorstel om te gaan samenwonen.
In gedachte was dit altijd een zeer romantisch kaarsverlicht moment geweest of een desperate uitroep van Lief die echt niet zonder mij kon. In het echte leven is Lief echter zeer pragmatisch ingesteld en was het geen vraag maar meer een tip ingeleid met de woorden ‘zou het niet makkelijker zijn als…’ ingegeven door de voorgenomen verhoging van mijn huur en waarschijnlijk onze beider drukke agenda’s.
Mijn reactie was ook geen uitbarsting in tranen en Lief zoenend om de hals vallen.