Lief heeft zijn leven ingericht op groen, biologisch en bewust. Ik ook, dacht ik. Ik ben echter nog al vergeetachtig, dus hebben wij ruzie.
Ik ging namelijk naar mijn werk en vergat de kachel lager te zetten. Lief was hier niet van gecharmeerd en wil mij dit dan duidelijk maken door mij vermanend toe te spreken. Ik ben daar niet van gediend, ik ben geen drie! Maar, ik moest toegeven dat ik voortaan beter op zou kunnen letten.
Nu heeft het huis ook af en toe frisse lucht nodig, dus soms zet ik de ramen op een kiertje als ik weg ga. Omdat ik weet dat de verwarming als ik hem aan zet dan staat te branden als een malle had ik deze dus op de nacht-stand (15 graden) gezet en was weg gegaan. In de veronderstelling dat Lief het vast prettig zou vinden om in een fris huis thuis te komen.
Lief’s gezicht stond bij thuiskomst echter op onweer.
vrijdag 23 juli 2010
zondag 11 juli 2010
i-K en het Samenwonen: Verhuizen!
Mijn fietsmand en ik waren al maanden dikke vrienden. Hij voorzag mij in genoeg ruimte op mijn enige vervoersmiddel om mijn dagen te vullen volgens mijn te drukke heen-en-weer-schema. Pendelen tussen huis, werk, huis van lief, etentje bij vrienden en het café, overal waar ik ging, ging hij ook.
Vandaag zijn fietsmand en ik gescheiden. Niet voor altijd, want soms zal hij mij nog wel van dienst zijn, maar dagelijks zal ik hem niet meer hoeven gebruiken.
Lief kwam namelijk met het voorstel om te gaan samenwonen.
In gedachte was dit altijd een zeer romantisch kaarsverlicht moment geweest of een desperate uitroep van Lief die echt niet zonder mij kon. In het echte leven is Lief echter zeer pragmatisch ingesteld en was het geen vraag maar meer een tip ingeleid met de woorden ‘zou het niet makkelijker zijn als…’ ingegeven door de voorgenomen verhoging van mijn huur en waarschijnlijk onze beider drukke agenda’s.
Mijn reactie was ook geen uitbarsting in tranen en Lief zoenend om de hals vallen.
Vandaag zijn fietsmand en ik gescheiden. Niet voor altijd, want soms zal hij mij nog wel van dienst zijn, maar dagelijks zal ik hem niet meer hoeven gebruiken.
Lief kwam namelijk met het voorstel om te gaan samenwonen.
In gedachte was dit altijd een zeer romantisch kaarsverlicht moment geweest of een desperate uitroep van Lief die echt niet zonder mij kon. In het echte leven is Lief echter zeer pragmatisch ingesteld en was het geen vraag maar meer een tip ingeleid met de woorden ‘zou het niet makkelijker zijn als…’ ingegeven door de voorgenomen verhoging van mijn huur en waarschijnlijk onze beider drukke agenda’s.
Mijn reactie was ook geen uitbarsting in tranen en Lief zoenend om de hals vallen.
maandag 31 mei 2010
i-K en de 30- ers
Het was een shock…
Na een avond TV kijken was ik ineens een boel complexen rijker.
De avond ‘zoooo 30’ door de AVRO is de grondlegger van deze complexen.
Het stond niet op mijn programma om deze show te gaan kijken, maar al zappend kwam ik er langs en zoals dat dan gaat bleef ik hangen.
Een beetje pesterig SMS’ste ik mijn vriend: “Sow, een hele avond TV voor jou!” Tsja, een leeftijdsverschil waarbij net het eerste cijfer van de samenstelling verschilt is altijd grond voor een grapje.
Shock 1 was het antwoord op dit SMS’je: “30-ers zijn tussen de 25 en 35, dus dat zijn wij allebei!”
WAT?!?! Al mijn (al dan niet gespeelde) jeugdigheid werd meteen met de grond gelijk gemaakt. Tot deze tijd had ik mijn niet weten altijd nog kunnen verschuilen achter ik ben nog in de twintig, dus nog een heel leven te gaan.
Kijkend naar het programma bleek mijn niet weten mij nu net een dertiger te maken.
‘We’ wikken en wegen over alles en weten niets zeker.
Omdat ik halverwege het programma binnen was gevallen wilde ik toch nog wel even de afgenomen test doen, dus snel het internet op en de vragen beantwoord.
Na een avond TV kijken was ik ineens een boel complexen rijker.
De avond ‘zoooo 30’ door de AVRO is de grondlegger van deze complexen.
Het stond niet op mijn programma om deze show te gaan kijken, maar al zappend kwam ik er langs en zoals dat dan gaat bleef ik hangen.
Een beetje pesterig SMS’ste ik mijn vriend: “Sow, een hele avond TV voor jou!” Tsja, een leeftijdsverschil waarbij net het eerste cijfer van de samenstelling verschilt is altijd grond voor een grapje.
Shock 1 was het antwoord op dit SMS’je: “30-ers zijn tussen de 25 en 35, dus dat zijn wij allebei!”
WAT?!?! Al mijn (al dan niet gespeelde) jeugdigheid werd meteen met de grond gelijk gemaakt. Tot deze tijd had ik mijn niet weten altijd nog kunnen verschuilen achter ik ben nog in de twintig, dus nog een heel leven te gaan.
Kijkend naar het programma bleek mijn niet weten mij nu net een dertiger te maken.
‘We’ wikken en wegen over alles en weten niets zeker.
Omdat ik halverwege het programma binnen was gevallen wilde ik toch nog wel even de afgenomen test doen, dus snel het internet op en de vragen beantwoord.
vrijdag 7 mei 2010
i-K en de Dirigent
Vandaag zag ik hem in de metro.
Hij stond alleen tussen de bankjes met zijn iets te grote zwarte jas en flap-over tas.
De dirigent.
Met minimale bewegingen dirigeerde hij de wereld in de metro. Zijn duim en wijsvinger maakten een perfecte O en zijn handen leken door de lucht te zweven op de maat van een onhoorbare muziek.
Hij dirigeerde de dikke meneer die een beetje stonk pardoes naar buiten toen de metro stopte op het drukke overstap perron.
Het kostte hem even moeite het invoegende mens-orkest onder controle te krijgen. De bewegingen zwollen aan alsof ook het onhoorbare geluid bombastisch aanwezig was.
Maar uiteindelijk was zelfs de hippe jongen die zichzelf erg stoer vond in zijn baggy jeans en net iets te hip en strak gestylde haar, onder controle, terwijl hij de jonge vrouw die twee bankjes verderop zat subtiel probeerde uit te kleden met zijn ogen.
En ook zij viel ten prooi aan de bewegingen van de dirigent. Nerveus plukte zij aan haar haar onder de donkere blikken die in haar bewegingen een aanmoediging zagen.
Ik zat vijf bankjes verder en bekeek het geheel.
Tot op mijn eindstation en ik uitstapte.
De armen hielden stil, de blikken stopten zonder resultaat en het haar bleek eindelijk goed te zitten.
Wie dirigeerde er nu wie?
Hij stond alleen tussen de bankjes met zijn iets te grote zwarte jas en flap-over tas.
De dirigent.
Met minimale bewegingen dirigeerde hij de wereld in de metro. Zijn duim en wijsvinger maakten een perfecte O en zijn handen leken door de lucht te zweven op de maat van een onhoorbare muziek.
Hij dirigeerde de dikke meneer die een beetje stonk pardoes naar buiten toen de metro stopte op het drukke overstap perron.
Het kostte hem even moeite het invoegende mens-orkest onder controle te krijgen. De bewegingen zwollen aan alsof ook het onhoorbare geluid bombastisch aanwezig was.
Maar uiteindelijk was zelfs de hippe jongen die zichzelf erg stoer vond in zijn baggy jeans en net iets te hip en strak gestylde haar, onder controle, terwijl hij de jonge vrouw die twee bankjes verderop zat subtiel probeerde uit te kleden met zijn ogen.
En ook zij viel ten prooi aan de bewegingen van de dirigent. Nerveus plukte zij aan haar haar onder de donkere blikken die in haar bewegingen een aanmoediging zagen.
Ik zat vijf bankjes verder en bekeek het geheel.
Tot op mijn eindstation en ik uitstapte.
De armen hielden stil, de blikken stopten zonder resultaat en het haar bleek eindelijk goed te zitten.
Wie dirigeerde er nu wie?
vrijdag 23 april 2010
i-K en de Kinder-logica
Vorige week stond ik op metrostation Beurs. Voor mij stapte een lilliputter (mag je dat tegenwoordig nog zeggen? Zullen we zeggen: een andere kant op dan ikzelf verticaal uitgedaagd persoon) de metro in en ging zitten, ik ging een aantal bankjes verder zitten.
Het volgende metrostation stapte een jongentje en zijn vader in. Vader en zoontje gingen naast mij zitten waardoor ik het volgende gesprek opving:
“ Papa! Papa, ik zag een mini-jongen!”
(gelukkig luisterde de papa, zoals het papa’s betaamt, niet helemaal naar zijn zoontje waardoor de zin enige keren met een stijgend volume moest worden herhaald.)
“Dat mag je niet zeggen.”
(een a-pedagogische opmerking waar zo’n kind natuurlijk de ballen van snapt. “ik mag wel vragen om een mini-mars, draag zelf mini-schoenen (als ik ze vergelijk met die van mijn pa), mijn moeder heeft een mini-rok, maar mini-jongen mag ik niet zeggen? Ga even lekker in de hoogste boom zitten met je sprookjes!”)
“Maar het was echt zo.”
(ik hou van kinderen die zich niet uit het veld laten slaan omdat hun vader nou eenmaal een volwassene is en voet bij stuk blijven houden, vooral de stijgende ergernis van papa’s op dit punt doet mij heimelijk gniffelen.)
Het volgende station stapten de ‘mini-jongen’ en ik uit. Door het raam zag ik in de metro het kind met een triomfantelijk gezicht verwoedde pogingen doen om zijn ‘mini-jongen’ aan te wijzen aan zijn vader.
Ik vroeg mij af of de mini-jongen het gesprek net zo vermakelijk vond als ik.
Het volgende metrostation stapte een jongentje en zijn vader in. Vader en zoontje gingen naast mij zitten waardoor ik het volgende gesprek opving:
“ Papa! Papa, ik zag een mini-jongen!”
(gelukkig luisterde de papa, zoals het papa’s betaamt, niet helemaal naar zijn zoontje waardoor de zin enige keren met een stijgend volume moest worden herhaald.)
“Dat mag je niet zeggen.”
(een a-pedagogische opmerking waar zo’n kind natuurlijk de ballen van snapt. “ik mag wel vragen om een mini-mars, draag zelf mini-schoenen (als ik ze vergelijk met die van mijn pa), mijn moeder heeft een mini-rok, maar mini-jongen mag ik niet zeggen? Ga even lekker in de hoogste boom zitten met je sprookjes!”)
“Maar het was echt zo.”
(ik hou van kinderen die zich niet uit het veld laten slaan omdat hun vader nou eenmaal een volwassene is en voet bij stuk blijven houden, vooral de stijgende ergernis van papa’s op dit punt doet mij heimelijk gniffelen.)
Het volgende station stapten de ‘mini-jongen’ en ik uit. Door het raam zag ik in de metro het kind met een triomfantelijk gezicht verwoedde pogingen doen om zijn ‘mini-jongen’ aan te wijzen aan zijn vader.
Ik vroeg mij af of de mini-jongen het gesprek net zo vermakelijk vond als ik.
donderdag 22 april 2010
Hij en de Les
Hij stapte in zijn auto en haalde eens diep adem. Vervolgens liet hij zijn hand over zijn steeds kaler wordende kruin gaan en startte de kar.
Het was een vrij rustige dag geweest en dat ondanks zijn les voortplanting aan 3B. Alleen Jorn had dit keer een opmerking gemaakt. ‘Mensen moeten niet praten over dingen die ze toch niet in praktijk brengen.’ Wat wist hij daar nu van?
En het meidengroepje achterin had waarschijnlijk nog minder meegekregen van deze les dan van het vorige hoofdstuk waar zij allemaal een drie voor hadden. Maar goed, hij dacht dan ook niet dat zij geïnteresseerd waren in de theoretische kanten van hun praktijk ervaringen.
Verder waren er maar drie telefoongesprekken gevoerd en was de schade aan zijn lokaal beperkt gebleven tot een ruit uit de deur toen hij Steven de klas uitstuurde wegens het publiekelijk tonen van het besproken lichaamsdeel.
Het was een vrij rustige dag geweest en dat ondanks zijn les voortplanting aan 3B. Alleen Jorn had dit keer een opmerking gemaakt. ‘Mensen moeten niet praten over dingen die ze toch niet in praktijk brengen.’ Wat wist hij daar nu van?
En het meidengroepje achterin had waarschijnlijk nog minder meegekregen van deze les dan van het vorige hoofdstuk waar zij allemaal een drie voor hadden. Maar goed, hij dacht dan ook niet dat zij geïnteresseerd waren in de theoretische kanten van hun praktijk ervaringen.
Verder waren er maar drie telefoongesprekken gevoerd en was de schade aan zijn lokaal beperkt gebleven tot een ruit uit de deur toen hij Steven de klas uitstuurde wegens het publiekelijk tonen van het besproken lichaamsdeel.
maandag 12 april 2010
i-K en het Stoppen
Soms is het tijd voor een zelf-evaluatie moment. Waar ben ik? Wat wil ik? Wat doe ik?
Daar kun je natuurlijk alle tijd voor nemen met een bakje thee er bij, rek- en strek-oefeningen, even tot jezelf komen, kortom lekker zweverig, dat is je goed recht. Bij mij komen dat soort ‘momenten’ echter meestal in een flits, een momentje zou nog een te groot woord zijn.
Zo ook laatst.
Ik wilde net onder de douche stappen, keek nog even naar de opkomende puist op mijn voorhoofd en dacht ineens:
“Ik heb een gedragspatroon!”
Na vier studies niet afgerond te hebben, vijf keer te zijn gestopt met roken en ook die pogingen weer te hebben gestaakt, zeven sportclubs waarvan ik de pasjes nog in mijn portemonnee heb, maar geen idee heb waar en of de club nog bestaat, zes therapeuten in totale verwarring achter gelaten te hebben en nog een aantal meer voorbeelden kan ik niet anders concluderen dan dat ik in een ding uitblink:
Stoppen!
Ik ben een kei in stoppen met doen, stoppen met gedrag, stoppen met ondernemingen, eigenlijk kun je het zo gek niet bedenken of ik kan er mee stoppen of weer aan beginnen om er vervolgens mee te stoppen.
Nu vind ik dat je met je kwaliteiten altijd iets moet doen, dus ben ik gaan nadenken op welke manier ik deze eigenschap in kan zetten op een positieve manier.
En vanochtend had ik het ineens.
Ik heb meteen de dichtstbijzijnde school gebeld om mij aan te melden als klaar-over-moeder. Mijns inzien een beroep waarbij je goed moet kunnen stoppen.
Ook het stoppen van sokken heeft nog de revue gepasseerd, maar alle naaiateliers nemen alleen all-round-naaisters aan, er is geen geld voor specialiteiten.
Nu ben ik geen moeder, maar met enige overredingskracht van mij kant en het waarschijnlijk chronisch te kort aan klaar-overs op de desbetreffende school kon ik vanmiddag al beginnen!
Dus stapte ik in mijn nieuwe hippe oranje vest op de fiets.
Overigens is het fietsen met een klaar-over-bordje (ja, als ik het doe, doe ik het goed) nog een hele kunst, het ding zwiepert alle kanten op, slaat de mensen voor je op hun kont als je bij het stoplicht staat of prikt jezelf in je buik wanneer je dit probeert te voorkomen.
Gelukkig kwam ik nog in originele staat aan bij de mij toegewezen oversteekplaats.
Zo heb ik dus vanmiddag mooi even het leven gered van zeker 120 kinderen. En ik kan je vertellen: dat is geen pretje…
De kinderen lachten mij vierkant uit, wegens mijn mooie oranje vest.
“Ja lach maar…” zei ik en zij lachten nog harder, ik heb toch een bepaald overwicht op die koters.
“als jullie er ooit achter komen wat jullie kwaliteiten zijn dan piep je wel anders.” Waarop de kleine mensjes als muizen begonnen te piepen en ik mijn natuurlijk overwicht nu zelf ook als vorm van indoctrinatie ging beschouwen.
Toch ging ik stug door met het afwisselend tegenhouden en doorlaten van auto’s. Waarom weet ik niet, maar net begonnen aan mijn nieuwe baan kreeg ik van de automobilisten meteen een nieuwe baan aangeboden als ‘meisje van plezier’, daar kwam het ongeveer op neer. Ik kon natuurlijk niet alles verstaan aangezien sommigen ook stug hun raam dicht hielden tijdens het roepen.
Ik heb ze even vriendelijk uitgelegd dat ik daar echt niet geschikt voor ben. Een prostituee waarvan haar grootste kwaliteit stoppen is? Denk niet dat het een doorslaand succes zal zijn.
Maar goed, al met al was het best te doen in het zonnetje.
De tegenvaller kwam pas toen ik bijna klaar was om naar huis te gaan. Ik moest nog een dreumes veilig naar de overkant laten dribbelen en wierp mij dus weer op de oversteekplaats voor een auto.
Deze automobilist hield echter niet van oranje hesjes of had spaans bloed in zich, want in plaats van te stoppen gaf hij gas en schepte mij op de voorkant van zijn auto. Ik draaide mij daar om terwijl hij over de weg raasde en een klein moment keken wij elkaar in de ogen. Ik, waarschijnlijk, zeer verbaasd zo was ik nog nooit vervoerd. Hij leek eerder blind van woede (dus van echt elkaar aankijken was hier geen sprake) en er kwam ook nog een wolkje stoom uit zijn neus alvorens hij knalhard op de rem trapte.
Door de plotselinge stilstand werd ik meters door de lucht gezwiept en bij het landen schepte ik een andere klaar-over-moeder die drie oversteekplaatsen verder ook net bezig was aan haar laatste lading.
Wonderwel had ikzelf alleen een schaafwond, maar de moeder lag behoorlijk in de kreukels en moest naar het ziekenhuis vervoerd worden.
Om een lang verhaal kort te maken denk ik niet dat ik nog zo lekker lig in de het klaar-over-team, dus ik ga zo de klaar-over-teamleidster maar even bellen dat ik er mee stop.
Altijd doen waar je goed in bent.
Daar kun je natuurlijk alle tijd voor nemen met een bakje thee er bij, rek- en strek-oefeningen, even tot jezelf komen, kortom lekker zweverig, dat is je goed recht. Bij mij komen dat soort ‘momenten’ echter meestal in een flits, een momentje zou nog een te groot woord zijn.
Zo ook laatst.
Ik wilde net onder de douche stappen, keek nog even naar de opkomende puist op mijn voorhoofd en dacht ineens:
“Ik heb een gedragspatroon!”
Na vier studies niet afgerond te hebben, vijf keer te zijn gestopt met roken en ook die pogingen weer te hebben gestaakt, zeven sportclubs waarvan ik de pasjes nog in mijn portemonnee heb, maar geen idee heb waar en of de club nog bestaat, zes therapeuten in totale verwarring achter gelaten te hebben en nog een aantal meer voorbeelden kan ik niet anders concluderen dan dat ik in een ding uitblink:
Stoppen!
Ik ben een kei in stoppen met doen, stoppen met gedrag, stoppen met ondernemingen, eigenlijk kun je het zo gek niet bedenken of ik kan er mee stoppen of weer aan beginnen om er vervolgens mee te stoppen.
Nu vind ik dat je met je kwaliteiten altijd iets moet doen, dus ben ik gaan nadenken op welke manier ik deze eigenschap in kan zetten op een positieve manier.
En vanochtend had ik het ineens.
Ik heb meteen de dichtstbijzijnde school gebeld om mij aan te melden als klaar-over-moeder. Mijns inzien een beroep waarbij je goed moet kunnen stoppen.
Ook het stoppen van sokken heeft nog de revue gepasseerd, maar alle naaiateliers nemen alleen all-round-naaisters aan, er is geen geld voor specialiteiten.
Nu ben ik geen moeder, maar met enige overredingskracht van mij kant en het waarschijnlijk chronisch te kort aan klaar-overs op de desbetreffende school kon ik vanmiddag al beginnen!
Dus stapte ik in mijn nieuwe hippe oranje vest op de fiets.
Overigens is het fietsen met een klaar-over-bordje (ja, als ik het doe, doe ik het goed) nog een hele kunst, het ding zwiepert alle kanten op, slaat de mensen voor je op hun kont als je bij het stoplicht staat of prikt jezelf in je buik wanneer je dit probeert te voorkomen.
Gelukkig kwam ik nog in originele staat aan bij de mij toegewezen oversteekplaats.
Zo heb ik dus vanmiddag mooi even het leven gered van zeker 120 kinderen. En ik kan je vertellen: dat is geen pretje…
De kinderen lachten mij vierkant uit, wegens mijn mooie oranje vest.
“Ja lach maar…” zei ik en zij lachten nog harder, ik heb toch een bepaald overwicht op die koters.
“als jullie er ooit achter komen wat jullie kwaliteiten zijn dan piep je wel anders.” Waarop de kleine mensjes als muizen begonnen te piepen en ik mijn natuurlijk overwicht nu zelf ook als vorm van indoctrinatie ging beschouwen.
Toch ging ik stug door met het afwisselend tegenhouden en doorlaten van auto’s. Waarom weet ik niet, maar net begonnen aan mijn nieuwe baan kreeg ik van de automobilisten meteen een nieuwe baan aangeboden als ‘meisje van plezier’, daar kwam het ongeveer op neer. Ik kon natuurlijk niet alles verstaan aangezien sommigen ook stug hun raam dicht hielden tijdens het roepen.
Ik heb ze even vriendelijk uitgelegd dat ik daar echt niet geschikt voor ben. Een prostituee waarvan haar grootste kwaliteit stoppen is? Denk niet dat het een doorslaand succes zal zijn.
Maar goed, al met al was het best te doen in het zonnetje.
De tegenvaller kwam pas toen ik bijna klaar was om naar huis te gaan. Ik moest nog een dreumes veilig naar de overkant laten dribbelen en wierp mij dus weer op de oversteekplaats voor een auto.
Deze automobilist hield echter niet van oranje hesjes of had spaans bloed in zich, want in plaats van te stoppen gaf hij gas en schepte mij op de voorkant van zijn auto. Ik draaide mij daar om terwijl hij over de weg raasde en een klein moment keken wij elkaar in de ogen. Ik, waarschijnlijk, zeer verbaasd zo was ik nog nooit vervoerd. Hij leek eerder blind van woede (dus van echt elkaar aankijken was hier geen sprake) en er kwam ook nog een wolkje stoom uit zijn neus alvorens hij knalhard op de rem trapte.
Door de plotselinge stilstand werd ik meters door de lucht gezwiept en bij het landen schepte ik een andere klaar-over-moeder die drie oversteekplaatsen verder ook net bezig was aan haar laatste lading.
Wonderwel had ikzelf alleen een schaafwond, maar de moeder lag behoorlijk in de kreukels en moest naar het ziekenhuis vervoerd worden.
Om een lang verhaal kort te maken denk ik niet dat ik nog zo lekker lig in de het klaar-over-team, dus ik ga zo de klaar-over-teamleidster maar even bellen dat ik er mee stop.
Altijd doen waar je goed in bent.
Abonneren op:
Posts (Atom)